Een hiv-diagnose kan je seksleven tijdelijk op zijn kop zetten. Maar je kan opnieuw leren genieten van seks. 

Mensen met hiv hebben net als iedereen relaties of zoeken een partner. 

Hiv staat een relatie niet in de weg

Wil je een relatie? Veel mensen met hiv denken dat ze nooit nog een partner zullen vinden. Toch zijn er heel wat hiv-positieve mensen die ook na hun hiv-diagnose een partner vonden. 

Heb je een relatie? Breng je partner op de hoogte als je een hiv-diagnose krijgt. Je partner kan zich ook laten testen. Geef elkaar de tijd en de ruimte om de diagnose te verwerken. Als koppel moet je misschien een nieuw evenwicht zoeken.

Geef je partner informatie over hiv of neem je partner mee naar het hiv-referentiecentrum. Goede informatie neemt meestal al een aantal zorgen weg.

Praat er eerlijk over met je partner

Hiv is mee deel van jullie relatie. Hier kunnen heel wat gevoelens en gedachten bij je opkomen. Misschien heb je vragen over hoe het nu met jullie verder moet en hoe jullie verdere leven samen eruit kan zien; misschien ben je bang om je (seks)partner te besmetten.

Mogelijk gaat je partner op een heel andere manier om met hiv dan jij.

Praat er eerlijk over met elkaar:

Maak afspraken over aan wie jullie het wel en niet vertellen.

Genieten van seks na een hiv-diagnose

Hiv verandert misschien je kijk op seks en je gevoelens daarover. Heb je na de hiv-diagnose even geen zin in seks? Dat is normaal. Toch blijft het mogelijk om met hiv van seks te genieten.

Het kan dat je seksleven er na de hiv-diagnose anders uitziet. Maar anders is niet per se slechter of minder. Seksualiteit wordt bij de meeste mensen met hiv weer gewoon na enige tijd.

Als je langdurig hiv-medicatie neemt en een ondetecteerbare virale lading hebt, kan het virus zich niet langer kan verspreiden. We noemen dit n=n. Niet meetbaar = niet overdraagbaar.

Seksuele problemen en hiv

Seksuele problemen kunnen veroorzaakt worden door verschillende factoren.

Hiv kan ook een invloed uitoefenen op het ontstaan van seksuele problemen, rechtstreeks of onrechtstreeks.

Angst iemand te besmetten

Soms kan de angst om iemand te besmetten zo groot worden dat het je seksleven bemoeilijkt: 

Je merkt bijvoorbeeld dat je

Negatief beeld van seks

Je zelfbeeld en hoe je denkt over seks kunnen leiden tot seksuele problemen.

Misschien heb je het gevoel dat je seksuele gedrag abnormaal of verkeerd is. Dit kan verschillende oorzaken hebben: stigma, homofobie…

Laag afweersysteem

Een verzwakt afweersysteem kan leiden tot ontstekingen die een invloed hebben op je seksueel leven, bijvoorbeeld ontstekingen van plasbuis of vagina.

Verminderd testosteron

Seksuele problemen bij mannen met hiv kunnen het gevolg zijn van een verminderd testosterongehalte (hypogonadisme). De behoefte aan seks kan daarbij afnemen.

Een behandeling met testosteron kan helpen. 

Hiv-remmers: effect op seksualiteit

Hiv en een aantal hiv-remmers kunnen je verlangen naar seks doen afnemen en de vaginaslijmvliezen doen uitdrogen. Dat kan pijn bij het vrijen veroorzaken.

Sommige hiv-remmers tasten ook de zenuwen aan (neuropathie) wat kan leiden tot erectieproblemen.

Medicatie om bijwerkingen te behandelen kunnen een negatieve invloed hebben op je seksleven. Antidepressiva bijvoorbeeld kunnen erectie- of orgasmeproblemen veroorzaken. Van sommige medicijnen die de eetlust stimuleren, krijg je minder zin in seks.

Niet altijd een probleem

Als je het druk hebt, als je je ergens zorgen over maakt, je ziek voelt, vlak na de diagnose… is seks geen prioriteit.

Ook op een bepaalde leeftijd of in een bepaalde fase van je leven of relatie heb je misschien minder behoefte aan seks. Dat is perfect normaal. Veelal wordt Intimiteit belangrijker dan seks naarmate je langer samen bent en ouder wordt.

Maak je dus niet te snel zorgen. Laat je dan niet wijsmaken dat je een probleem hebt als jij en/of je partner het niet als een probleem ervaren.

Vind jij het wél een probleem? Bespreek je klachten met een hulpverlener, arts of hiv-arts. Hij of zij kan je verder helpen of doorverwijzen naar een specialist.

Veilig vrijen en hiv

Wat is veilig of onveilig? Gebruik ik altijd een condoom of niet? Dat zijn geen makkelijke beslissingen. Neem weloverwogen beslissingen op basis van correcte informatie. Bespreek met je sekspartner hoe jullie dit inpassen in jullie seksleven.

Naast het gebruik van een condoom zijn er nog andere manieren om geen hiv of andere soa's op te lopen: 

  • Ondetecteerbare virale lading: Met een ondetecteerbare virale lading bij iemand die therapietrouw is  van minstens 6 maanden ben je niet meer besmettelijk. De arts volgt op in een bloedname met een tussenspanne van maximaal 6 maand.
  • Regelmatig testen op soa's: Weten of je al dan niet een soa hebt, is belangrijk. Sommige soa's geven immers geen duidelijke symptomen. Laat je regelmatig testen als je wisselende sekscontacten hebt.
  • Soort seks: Kussen, strelen, masseren vormen geen enkel risico voor hiv-besmetting. Onbeschermde orale seks vormt minder risico in vergelijking met onbeschermde vaginale of anale seks.
  • Aantal sekspartners: Hoe minder sekspartners je hebt, hoe kleiner de kans dat je een partner met een soa tegenkomt. 
  • PrEP en PEP om een hiv-besmetting te vermijden

Praat met je partner over veilig vrijen

De manier waarop je met veilig vrijen omgaat, hangt ook af van hoe je in je leven omgaat met andere moeilijke boodschappen. Wat doe je als je iets niet zeker weet? Ben je iemand die 100 procent garantie nodig heeft of ben je iemand die snel gerustgesteld is? Ga je moeilijke boodschappen uit de weg of pak je ze aan?

Praat met je sekspartner over veilig vrijen door samen deze vragen te stellen:

  • Wat betekent veilig vrijen voor jullie? 
  • Wanneer gebruiken jullie een condoom?
  • Wat als je partner een ondetecteerbare virale lading heeft?
  • Welke mogelijkheden hebben jullie om de kans op hiv-overdracht zo laag mogelijk te houden?

Maak in jullie relatie afspraken over jullie grenzen als individu en als koppel.

  • Misschien hebben jullie hier elk een eigen mening over of hebben jullie ander ervaringen.
  • Vertel aan elkaar wat je fijn vindt en wat niet.
  • Doe alleen waar jullie zich goed bij voelen. Voelt het niet goed voor allebei? Doe het dan niet. 

Een gesprek met een hulpverlener kan jullie helpen om beslissingen te nemen.